Mensje van Keulen
Mensje van Keulen (Den Haag, 1946) wordt geroemd voor haar suggestieve manier van schrijven. Kernzaken blijven onbesproken, van Keulen ‘scheert’ er langs. ‘Het grote plezier bij het lezen van Van Keulen bestaat uit het speuren naar en interpreteren van de details’(Marleen Nagtegaal).
Van Keulen’s personages leiden een leven getekend door bedrog, overspel en vernedering. Ze groeide op in de ‘uitvindersbuurt’, waarover ze het gedicht ‘De buurt’ schreef (zie verder). In het boek ‘Olifanten op een web’, naar aanleiding van de dood van haar moeder lezen we veel terug over haar Haagse jeugd en het gezin waarin ze opgroeide.
Aardappelschilmesje
‘Tot in de details leren we het gezin kennen, het wel en wee van de vele ooms en tantes, de anekdotes. Prachtig. Maar veel mooier nog zijn de beschrijvingen van haar moeder, die krachtige onbaatzuchtige vrouw, getekend door sop en poetsgerei, en het aardappelschilmesje dat ‘door de jaren heen een klein web in haar duim had geëtst. Van Keulen veracht de dood, ze daagt de man met de zeis uit. ‘Olifanten op het web’ is een heel warm boek (Doris Grootenboer in het AD)
Van 1970 tot 1972 was Mensje van Keulen redacteur van Propria Cures. Onder het pseudoniem Josien Meloen schreef ze er gedichten. Ze tekende daar ook literaire en politieke cartoons. Vervolgens maakte ze acht jaar lang deel uit van de redactie van het literaire tijdschrift Maatstaf, samen met onder meer Gerrit Komrij, Theo Sontrop en Martin Ros. In 1972 verscheen haar debuut ‘Bleekers Zomer’.
Van Aap tot Zet
Deze roman is vele malen herdrukt en behoort inmiddels tot de klassieken van de Nederlandse literatuur. Andere bekende titels zijn ‘Overspel’, ‘De geheime Dame’ en ‘De Gelukkige’. Daarnaast schreef ze diverse kinderboeken, waaronder ‘Tommie Station’, de gedichtenbundel ‘Van Aap tot Zet’ en ‘Meneer Ratti’. Vele titels zijn ook in het buitenland uitgebracht, vooral in Duitsland.
Enige titels van Van Keulen staan bijna standaard op de boekenlijsten van middelbare scholen. Ze won diverse literaire prijzen, waaronder de Zilveren Griffel, de Nienke van Hichtumprijs en de Charlotte Köhler Prijs. In 2001 was ze de eerste gesprekspartner van Adriaan van Dis in het programma Zomergasten van de VPRO.
DE BUURT
Vannacht lag ik weer in mijn kinderbed te dromen
Over hoe ik stiekem weg zou lopen:
De straat vlug uit, de hoek gauw om en met
Een duppie dat ik bij de halte vond
Een kaartje op lijn twaalf kopen…
Men vond mij snikkend in de straat van Buys Ballot,
Of in die van Cartesius, Daguerre of Watt,
Ook wel in die van Boyle, Columbus, Galilei,
Edison, Newton, Ohm, of om de hoek: Marconi.
Men bracht mij altijd weer thuis
En voor de deur van eigen huis
Kreeg ik ’t pas goed te kwaad.
Nu al? O kleine wereld,
Het was steeds de Fultonstraat.
Den Haag. De stad in gedichten, samengesteld door Henk van Zuiden. Uitgeverij 521, 2003
