Kleur ontketend in Gemeentemuseum

Het Gemeentemuseum komt met een tentoonstelling waarin kleur centraal staat. In een korte periode breekt de kleur door. De stad Brussel fungeert als katalysator voor de doorbraak in Nederland. Het is de eind van de IJzeren Eeuw, 1885, met optimisme over techniek en vooruitgang alom.   

De bevrijding van kleur is een van de belangrijkste ontwikkelingen in de moderne schilderkunst . Het betekent een revolutionaire breuk met een langdurige traditie, waarin kleur hoofdzakelijk diende als middel om de zichtbare werkelijkheid na te bootsen.

Jan Toorop

Tegen het eind van de 19e eeuw manifesteert kleur zich daarentegen als een autonoom medium waarmee de kunstenaar optische lichteffecten, persoonlijke impressies of individuele emoties kan verbeelden. In de Lage Landen vindt deze revolutie plaats in de betrekkelijk korte periode tussen 1885 en 1914.

De nieuwe visie op kleur ontwikkelt zich vanuit de Franse schilderkunst. Kunstenaars als Claude Monet, Georges Seurat , Paul Signac , Paul Cézanne, Henri Matisse en dan Parijzenaar Vincent van Gogh vormen de wegbereiders van deze radicale omwenteling. Elk van hen draagt op een eigen wijze bij aan de bevrijding van kleur.

Zij breken met heersende conventies, bouwen voort op elkaars ontdekkingen en volgen uiteindelijk hun eigen weg die leidt naar nieuwe toepassingen van kleur. Indirect hebben deze pioniers de ontwikkelingen in België en Nederland beïnvloed. Via de Brusselse kunstenaarsvereniging Les XX (Les Vingt), internationale contacten en reproducties in tijdschriften, bereikten de nieuwe ideeën over kleur – met Jan Toorop als een soort nestor -  de Lage Landen.

Geloof in de toekomst

Deze tentoonstelling is mede mogelijk door de renovatie van het Koninklijk Museum voor Schone Kunsten in Antwerpen, waardoor de topstukken uit de collectie nu kunnen reizen. Van de Franse Godfathers tot de meesters van de Lage Landen als Leo Gestel, Jan Toorop, Piet Mondriaan, James Ensor , Jan Sluijters, Henry Van de Velde en Rik Wouters. Ze samen te zien is een feest voor het oog.

Niet toevallig vindt deze Renaissance plaats in een roerige periode. De jaren 1885 – 1914 vormen een turbulente tijd vol optimisme. Nieuwe ontdekkingen volgen elkaar met enorme snelheid op. De kunst van de tijd wordt gekenmerkt door enthousiasme, geloof in de toekomst, maar ook door de onzekerheid wat deze vernieuwingen zullen brengen. Zie het schilderij Bal Tabarin van Jan Sluijters waarin hij het nieuwe elektrische licht bejubelde.

Rik Wouters

In de tentoonstelling is er speciale aandacht voor de Belgische kunstenaar Rik Wouters (1882-1916). Deze schilder en beeldhouwer liet in de korte tijd dat hij leefde een schitterend oeuvre na. Zijn schilderijen, met vaak een hoofdrol voor zijn vrouw Nel, zinderen van licht en kleur. In België  is hij een publiekslieveling. In Nederland is hij minder bekend. Met een zaal gewijd aan zijn werk, komt daar nu verandering in.

Ter voorbereiding van de tentoonstelling heeft het Gemeentemuseum een aantal schildrijen gerestaureerd.  Zoals is de Babyslaapkamer van Jan Sluijters gaan bruisen van roze en geel, blijkt het groen van Huisje bij zonlicht van Piet Mondriaan uit verschillende tinten blauw te bestaan en zijn de bloemen in de tuin van Jan Toorop’s Trio Fleuri weer gaan bloeien.

Afbeelding 1: Piet Mondriaan, Rode wolk, 1907, 2: Kees van Dongen, Dolly, 1909, 3: Rik Wouters, Herfst, 1913, 4: Jan Sluijters, Bal tabarin, 1906-07, 5: Piet Mondriaan, Molen bij Zonlicht, 1908, 6: Matisse, Landschap bij Collioure, 1905, 7: Theo van Rijsselberghe, , Maria Sethe aan het harmonium, 1891.

Er is een mooie catalogus bij verschenen van uitgeverij Hannibal.

Datum:
3 oktober 2015 / 3 januari 2016
Type activiteit:

Tags

Reageren

  • 1
  • 2
  • 3
  • 4
  • 5
Aantal stemmen: 1