Zorgrobots
En daarbij hoeft het niet eens altijd om praktische hulp te gaan. Zo schaffen ook steeds meer Nederlandse zieken- en bejaardenhuizen de therapeutische robotzeehond Paro aan.

Paro is ontworpen om een kalmerend effect te hebben en emotionele reacties te ontlokken aan patiënten. Een belangrijke ‘concullega’ van Paro is bovendien Eva de Zorgrobot. Ze kan zo met een patiënt mee naar huis, want haar huishoudelijke vaardigheden en leergierigheid maken haar uitermate geschikt voor de thuiszorg. “Weer andere robots kunnen verpleegkundigen bijvoorbeeld zwaar werk besparen”, vertelt onderzoekster Aimee van Wynsberghe, ook van de Universiteit Twente.
De in Delft ´geboren´ zorgrobot Eva in actie.
Maar de filosofe, die voor haar onlangs afgeronde promotie de ethische kant van robots in de zorg bestudeerde, wijst er tegelijkertijd ook op dat wanneer het om de inzet van zorgrobots in de zorg gaat het niet alleen maar goud, eh, metaal is wat er blinkt.
Culture shock
Zo kent een robot geen empathie, en begrijpt hij het belang van privacy en vertrouwen niet. “Stel je bijvoorbeeld een robot voor die medicijnen uitdeelt”, zegt Van Wynsberghe. “Als de patiënt weigert de medicijnen aan te nemen, wat moet de robot dan? Hij kan de medicijnen opnieuw aanbieden, maar wanneer precies? Een robot beschikt niet over het vermogen om in gesprek te gaan met de patiënt en deze te overtuigen de medicijnen alsnog in te nemen.”

Daarnaast: wat gebeurt er als ‘Robbie’ fouten maakt? Wie is er dan aansprakelijk? En moeten we eigenlijk wel willen dat uit financiële overwegingen kille robots menselijk contact in de zorg gaan vervangen? Getuigt dat niet van grote morele armoede, vragen sommigen zich af.
Maatwerk
Van Wynsberghe stelt in elk geval dat de taken van de robot afgestemd moeten worden op de behoefte van de patiënt en de context. “Je kunt niet simpel stellen, deze robot is wel geschikt voor de zorg en deze robot niet. Dat hangt van heel veel factoren af. Elke case moet je opnieuw beoordelen.”
Ze ontwierp daartoe een kader voor de ethische beoordeling van zorgrobots, dat bovendien ook ingezet kan worden om het ontwerp van zorgrobots te sturen. Het zogenaamde Care-Centered Framework neemt daarbij vijf onderdelen als uitgangspunt: context, handeling, betrokkenen bij handeling, rol van de robot en de waarden waarop de robot geprogrammeerd is. Van Wynsberghe: “We moeten begrijpen wat we aan het doen zijn vóórdat we de robot gaan maken."

Urine robot
Een robot die wat de Canadese onderzoekster betreft in elk geval door de check zou moeten komen is de door haarzelf bedachte weebot: een robot die de urine onderzoekt van patiënten die chemotherapie krijgen. “De aanwezigheid van gevaarlijke chemicaliën maken dit tot een risicovolle taak voor menselijke verpleegkundigen.”
Kortom, met een beetje mazzel hebben we straks ‘the best of two worlds’. Én robot- én mensenhanden om ons te vertroetelen en onze gezondheid te optimaliseren.
Dit artikel verscheen eerder op Kennislink. http://www.kennislink.nl/publicaties/blieb-de-zorgrobot-komt-eraan/