Comenius’ pansofie

Comenius, de Latijnse naam van Jan Amos Komensky (Moravië, 1592 – Amsterdam 1670) was een Moravische theoloog, filosoof, hervormer, pansofist en pedagoog. Hij pleitte voor onderwijs voor iedereen, zowel voor jongens als meisjes en van alle standen. Comenius ontwierp leerboeken en ontwierp een nieuw schoolsysteem voor Polen, Zweden en Hongaren.

Hij is beïnvloed door de Praagse rabbi Jehoeda Löw, de Italiaanse vrijdenker Giordano Bruno, de protestantse Johann Heinrich Alsted en Calvijn. Een van zijn bekendste werken is de Janua Linguarum Reserata (de geopende talenpoort), waarin onderwijs in talen, in het bijzonder Latijn met andere schoolvakken verbonden wordt. Het werk is in vele talen vertaald.

Harmonische orde

In de ‘pansofie’ komen alle gedachten van Comenius over de wereld en de mens samen. Pan betekent universeel en Sofie betekent wijsheid. Zijn filosofie is universeel want het gaat alle mensen aan. Het is ook allesomvattend want het is een kader om alle filosofieën, vakwetenschappelijke kennis en religies en wereldbeschouwingen in onder te brengen.  

De macrokosmos behoort ertoe en de microkosmos. Beiden worden gekenmerkt door een van oorsprong harmonische orde en zijn gevormd naar ‘het beeld van God’. De mens neemt een unieke plaats tussen God en de wereld in als middelaar. De pansofie krijgt een uitwerking in vakwetenschappelijk onderzoek, onder andere in de natuurkunde, de theologie, taalkunde, pedagogiek, didactiek en maatschappijwetenschappen.

Onderzoek dient zich niet alleen te richten op bestaande dingen, maar ook op het normatieve aspect: hoe zouden dingen kunnen of behoren te zijn? De wetenschap dient open te staan voor het mogelijke. Onderwijs speelt daarbij een centrale rol. Kinderen kunnen op school allerlei kennis opdoen, maar de school moet ook een ‘werkplaats van humaniteit’ zijn.

Voorbeelden uit de natuur

Zij moeten worden gevormd tot evenwichtige volwassenen die verantwoordelijkheid voor de samenleving dragen. Daarom moeten kinderen elementaire kennis opdoen van verschillende terreinen. Bijvoorbeeld van de natuur: planten en dieren, van ambachten en van andere beroepen. Zij moeten ook leren dat dingen samenhangen.

Docenten kunnen hun werk verbeteren door didactisch sterker te worden. Dat kan door middel van het gebruik van voorbeelden uit de natuur, en breder door het gebruik van de vergelijkende methode. Theorie kan niet zonder praktijk, concrete beslissingen en activiteiten. Deze zijn in pansofisch perspectief ingebed in een totaalconcept van handelen dat gericht is op structurele veranderingen.

Comenius wil de wereld vernieuwen en verbeteren vanuit zijn visie op humaniteit. De pansofie beoogt een duurzame vrede tussen mensen en volken te bevorderen. Daartoe dient rechtvaardigheid, tolerantie en solidariteit gepraktiseerd te worden. Als dit alles in acht wordt genomen zal de materiele welvaart toenemen en het algemene welzijn van het volk en de individuele burgers floreren.

Zie ook: H.E.S. Woldring, ‘De pansofie van Comenius’, uitgeverij Damon, ISBN 9789463400107, verschijnt eind november 2016.

http://www.damon.nl/book/de-pansofie-van-comenius  

Reageren