Diplomatie via het onderwijs

Cees van der Kraan is dean, directeur van de Rotterdam Business School (RBS). Hij zette, met zijn studenten en de staf van de RBS, een nieuw initiatief op poten: diplomatie via het onderwijs. De voertaal op zijn Hogeschool is Engels, we hebben het dus over Educational Diplomacy.

Half mei was er in de hal van de school een culturele markt met kraampjes waarin studenten uit verschillende landen hun land toonden met afbeeldingen, producten, affiches en persoonlijke toelichting. Er was een reeks workshops en activiteiten georganiseerd. En daarnaast hadden ze ambassadeurs uit Den Haag uitgenodigd om de markt te bekijken. De ambassadeurs kregen daarna een lunch aangeboden, waarbij enige stafleden, inclusief de dean toelichting gaven op een plan om te komen tot wederzijdse studentenuitwisseling tussen Nederland en andere landen op de aardbol.

Uit vele landen

Er waren heel wat ambassadeurs op af gekomen, veel meer dan verwacht. Een paar weken later ben ik weer op de RBS en spreek ik met Cees van der Kraan verder over het initiatief.

‘Het initiatief van de interculturele dag kwam van de studenten’, zegt Cees van der Kraan. ‘Ze wilden laten zien hoe hun cultuur eruit zag. Toen kwam het idee op om ook diplomaten uit te nodigen.’ De studenten van de RBS komen voor een deel zelf al uit allerlei landen, en daarnaast heeft een deel van  de uit Nederland komende studenten ook weer  een buitenlandse link. Van der Kraan: ‘De hele Hogeschool heeft 35.000 studenten, de RBS heeft er 3.500. De helft daarvan heeft een buitenlands adres, van de andere, Nederlandse helft, is een deel, ongeveer een kwart “allochtoon”, dus met ouders die bijvoorbeeld geboren zijn in Turkije en Marokko.  De ‘echte’ buitenlandse studenten komen uit Oost-Aziatische en Midden- en Zuid- Amerikaanse landen.

Waarom komen ze naar Rotterdam? Dat heeft volgens Van der Kraan niet meteen met de bekendheid van de RBS te maken, maar vooral met zaken als de Haven, Water en Logistiek. En met het feit dat men er kennis kan opdoen van zakendoen, business dus. Paradoxalerwijze vindt Cees van der Kraan dat studenten niet op de eerste plaats meer kennis moeten opdoen van Business, maar van cultuur. 

Het interculturele aspect

Van der Kraan: ‘De crux van een Business School is het interculturele aspect. Als je internationale business wil doen, gaat het om houding, je hebt mensen nodig die begrijpen hoe de ander denkt. Spanjaarden, Russen, Chinezen, Duitsers en Nederlanders hebben allemaal hun eigen manier om dingen aan te pakken. Nederlanders gaan, anders dan je zou denken, heel anders te werk dan Duitsers, Russen hebben een zeer eigen, bijna niet te doorgronden houding en de Spanjaarden hebben ook zo hun eigen aanpak. En de Chinezen zijn soms nog ondoorgrondelijker dan de Russen. Toch, zul je als je ze als proef in een bepaalde tijd een probleem laat oplossen, tot ongeveer eenzelfde score komen. Maar ieder heeft dat op zijn eigen manier bereikt.’

Daarom is het is goed dat studenten zoveel medestudenten – en ook docenten - van verschillende afkomst om zich heen hebben. De docenten komen uit maar liefst 17 verschillende landen en de studenten uit nog veel meer landen.

Onderwijsinitiatief

Wat houdt de Educational Diplomacy nu in? Cees van der Kraan: ‘Het benaderen van landen is niet altijd even gemakkelijk. Daar zijn historische of politieke redenen voor. Het blijkt dat dat een stuk makkelijker gaat als je landen vanuit het onderwijs benadert, als je een onderwijsinitiatief hebt dat ook in een ander land aanspreekt. Neem Noord-Korea, het is zeer beladen als je het op politiek niveau benadert, het is minder beladen als het gebeurt met een educatief idee. Onderwijs gaat immers over het vergroten van kennis.’

Kennelijk was het idee ook aangeslagen bij de ambassadeurs, want er waren er maar liefst 28, en daarnaast waren er de nodige andere personen uit de diplomatieke sfeer. Roman Kirn, ambassadeur van Slovenië, vertelde me tijdens de rondgang op de culturele markt al, dat Slovenië en Nederland al een wederzijdse studentenuitwisseling hebben van. Ieder jaar gaan er vijf Sloveense studenten naar Nederland en vijf Nederlandse studenten naar Slovenië.

Van der Kraan: ‘Slovenië is Angelsaksisch georiënteerd, gericht op zakendoen. Als die studenten teruggaan, worden het vijf ambassadeurs van het land waar ze geweest zijn. Ze vertellen het hun vrienden, ze houden er op school een praatje over etc. En dat geldt voor beide kanten. Het jaar er op  heb je er weer vijf naar Slovenië en vijf naar Nederland. Dat is weer tien ambassadeurs. Na tien jaar heb je een soort olievlek. Dat is de crux van uitwisseling. Het kost niks, het is niet besmet en  het heeft geen politiek achtergrond.

Canada

De ambassadeurs van Peru en Israel lieten direct al weten veel in het idee te zien en ook andere ambassadeurs zagen er wel wat in. Eind mei werd het idee al in praktijk gebracht in Canada toen Koning Willem-Alexander en Koningin Maxima Canada bezochten. Er ging ook een economische missie mee én een onderwijsmissie. Van der Kraan was erbij. ‘We hebben leuk zaken kunnen doen met de Universiteit van Toronto. Volgend jaar zomer gaan docenten van de RBS een cursus van vier tot zes weken geven over Doing Business in Europe.’ Een van de docenten van de RBS, Marko Korac, hoofddocent, speelde er een coördinerende rol in, ook al omdat hij voorheen als diplomaat in Canada was gestationeerd.

Loopt Rotterdam hiermee in Nederland voorop? Van der Kraan: ‘Er wordt ook wel op andere plaatsen over deze ideeën gedacht. Zo was er vorig jaar een congres van de Universiteit Leiden over hoe je als onderwijs handelsmissies kunt stimuleren.  Daar heb ik nog ingebracht dat er meer uitwisseling zou moeten komen en dat je gebruik zou kunnen maken van alumni. Dit idee is opgepakt. Een maand geleden is de Wereld Alumni Vereniging opgericht. Daar waren ook de ministeries van OCW en Buitenlandse Zaken bij betrokken.

Ook volgend jaar

De Interculturele Dag wordt volgend jaar herhaald, op grotere schaal. Van der Kraan: ‘Meer onderdelen van de Rotterdamse Hogeschool gaan eraan mee doen. Bijvoorbeeld de fysiotherapeuten en de aankomende kunstenaars van de Willem de Koning Academie zouden heel goed passen.  En de ambassadeurs worden weer uitgenodigd. Dat kan het project Educational Diplomacy alleen maar versterken.‘

Foto 1: Cees van der Kraan, foto 2: Marko Korac, foto 3 – 12: diverse afbeeldingen van de Interculturele Dag

Tags

Reageren