Gijsbert Hanekroot vertelt

Op de 198e Fotografenavond in Café Kalkhoven was Gijsbert Hanekroot te gast. Gijsbert Hanekroot is de eerste bekende popfotograaf van Nederland. Hij publiceerde veel in OOR, maar ook elders. Anton Corbijn begon als leerling van Hanekroot.

Aloys: Je bent geboren net voor de bevrijding van Nederland, op 1 mei 1945. Wat wilde je worden als kind?

“Ik ben geboren in Brussel, dat was al bevrijd. We woonden vervolgens in Rotterdam – 10 jaar -  en daarna in Utrecht. Toen ik 13/14 jaar oud was heb ik van mijn moeder een camera geleend, een Gevaert Box, 120 film, 6 x 9. Met mijn camera maakte ik foto’s in de stad, maar ook daarbuiten, bijvoorbeeld in Parijs.”

Muziek

Gijsbert Hanekroot had veel belangstelling voor muziek, ook voor jazzmuziek. “In oktober 1963 trad de saxofonist John Coltrane op in het Concertgebouw in Amsterdam. Ik was daarbij en daar heb ik, als amateur, mijn eerste foto gemaakt die nu nog wordt gepubliceerd. Ik was toen 18 jaar oud. In die tijd was ik fanatiek met fotografie bezig. Ik werd onder andere geïnspireerd door Bert Sprenkeling, die voor Het Parool fotografeerde. De krant publiceerde zijn foto’s af en toe paginagroot, wat toen nog niet gebruikelijk was.

“In datzelfde jaar bezocht ik de Utrechtse jazzkelder Persepolis waar die avond Donald Byrd optrad. De foto's die ik maakte bood ik aan het Utrechts Nieuwsblad aan. Ik herinner me nog precies de datum: 22 november 1963, de dag dat John F. Kennedy was doodgeschoten. De foto's die ik maakte hadden natuurlijk geen kans om in de krant te verschijnen.”

“Ik vond een leermeester in de fotografie. Drie maanden was ik halve dagen assistent van Philip Mechanicus. Hij had een eigen fotostudio. Ik leerde van hem het fotoprocedé. Op zeker moment had hij het verzoek gekregen de Outsiders, een Amsterdamse band onder leiding van Wally Tax, te fotograferen. ‘Maak ook foto's' zei hij, en dat deed ik natuurlijk. Zo ben ik, via Philip, in de popfotografie verzeild geraakt. Overigens verliep mijn contact met Philip enigszins moeizaam.”

OOR

Eind jaren zestig gebeurde er van alles, in de hele maatschappij. De jongerenrevolutie was gaande en die had zijn weerslag op allerlei terreinen. Bijvoorbeeld besloten de dagbladen dat er jongerenpagina’s moesten komen, zodat het geluid van de nieuwe generatie ook in de krant te horen was. Gijsbert: “Dat was ook een kans voor mij waarvan ik ook gebruik heb gemaakt. Zo verschenen er foto’s van mij op de jongerenpagina van De Tijd.“ En ook in magazines als HUMO waren foto’s van de jonge Hanekroot te zien.

 In 1970 begon de fotocarrière van Gijsbert pas echt goed. Hij werd ‘hoffotograaf’ van het muziekblad OOR en beschikte zelfs over twee assistenten, onder wie ene Anton Corbijn, een domineeszoon uit de Hoekse Waard. “Ik ging naar veel concerten, wel drie of vier keer per week, maar er bleven voldoende andere optredens over die ik aan mijn assistenten overliet. De grote namen deed ik zelf.”

Aloys: Wat voor leven leidde je als fotograaf van OOR? “Het was hard werken. Vaak gingen we, als een Amerikaanse groep naar Nederland kwam, eerst naar Londen waar altijd het eerste optreden was. Daar schoot je al wat foto’s voor de eerste publiciteit, in Amsterdam maakte je de volgende serie. Overigens ging het voor mij niet op de eerste plaats om de muziek, maar om het fotograferen.” Aloys: Had je nog tijd om van de muziek te genieten? “Mijn focus lag bij het fotograferen. Maar natuurlijk had ik bands die mijn voorkeur hadden. Ik hield van melodieuze muziek en minder van hard rock. Lou Reed, The Band, Creedence Clearwater Revival, Neil Young, dat waren muzikanten naar mijn hart. Je moest wel oppassen dat je niet mee ging swingen.”

Oordopjes

Hij stond vooraan onder het podium en bleef het hele concert lang door fotograferen. Twee camera’s (soms drie) had hij bij zich, een zwart / wit camera en een kleurencamera, die hij afwisselend ter hand nam. “Na zo’n concert, meestal van anderhalf uur, moest ik soms op een stoel gaan zitten, uitpuffen.”

Aloys: Kun je zeggen dat jouw persoonlijke ontwikkeling als fotograaf gelijk op ging met de ontwikkeling van de popmuziek? “Dat kun je inderdaad constateren. Maar het gold niet alleen voor mij, ook voor andere fotografen, voor journalisten, voor de muziekagentschappen, de ‘security’ en voor de groepen zelf.”

Zelfs gevestigde concertpodia als het Concertgebouw gingen open voor de popmuziek. “Mijn eerste concert in het Concertgebouw was van The Byrds. Er hingen drie gekleurde lampen boven het podium. Een jaar later werd er in dezelfde ruimte een complete lichtinstallatie opgebouwd. Het jaar daarna traden The Who op, met een overdonderend geluid. Ik had nog geen oordopjes bij me, die heb ik toen snel aangeschaft.” Aloys: Praat je veel met muzikanten? “Nee, dat liet ik aan de journalisten over, ik probeerde me onzichtbaar te maken om me op het fotograferen te kunnen concentreren.”

David Bowie

Optredens die hem nog goed voor de geest staan zijn die van The Rolling Stones, J. J. Cale, Joni Mitchell,  Bonnie Raitt, en natuurlijk David Bowie, over wie hij het fotoboek ‘David Bowie – The Seventies’ maakte. Zes keer maakte hij David Bowie mee. De eerste keer was in Londen, waar Hanekroot in de AIR recording studio was voor Roxy Music, waar Bowie ook aan het opnemen was. Hij maakte toen geen foto’s van hem. “Bowie kwam toen over als een heel verlegen iemand.” Dat zou veranderen bij de volgende ontmoetingen. Hanekroot laat een foto van Bowie met zijn zoontje zien met een heleboel andere mensen op de achtergrond.   

“Lou Reed was je favoriet?” “Ja, hij had een bijzondere persoonlijkheid. Hij deed moeilijk, maar dat speelde hij, net zoals Mick Jagger ook Mick Jagger speelt.” Hij laat een foto zien van Reed met zonnebril en een sigaret in zijn mond. 

Aloys: En waren er toen al ‘groupies’? “Ik bevond me onder het podium en had daar mijn eigen bewegingsruimte. Maar inderdaad net achter mij stonden bij sommige concerten de gillende jonge meisjes. In sommige gevallen stormden ze mijn ‘ruimte’ in en begonnen zelfs over me heen te klauteren.” 

Ging je naar persbijeenkomsten? “Ja, ik herinner me een persbijeenkomst in 1970 in Hamburg van de Rolling Stones.” Gijsbert klapt zijn laptop open en we zien de Rolling Stones met Gijsbert erbij. “Ik had mijn camera aan Mick Jagger gegeven, die schoot het plaatje.”

Van ABBA tot ZAPPA

Ed van der Elsken en Henri Cartier-Bresson, dat waren de grote voorbeelden van Hanekroot. “Cartier-Bresson maakte zulke perfecte foto’s, ik slaagde er niet in om hem te evenaren. Het begon zelfs een obsessie te worden totdat ik later bijvoorbeeld in het werk van Robert Frank zag dat een foto ook goed kan zijn, ook als is de compositie niet honderd procent perfect.” Aloys: Had je een voorkeur voor zwart / wit of kleur? “Dat maakt niet uit, het enige wat voor mij belangrijk was / is of de foto goed is.” In 1978 ging Hanekroot voor Nieuwe Revu naar Vietnam voor een fotoreportage.

Aloys: Tot 1983 ben je doorgegaan met popfotografie. “Ja, ik bleef het nog wel volgen, de popfotografie, maar ik deed zelf niet veel meer op dat gebied. Ondertussen had ik wel tienduizenden negatieven. In 2008 verscheen mijn boek ‘ABBA…ZAPPA Seventies Rock Photography’. In die tijd ben ik weer gaan fotograferen. Laatst was er een tentoonstelling van mijn popfotografie werk  uit dat boek in Antwerpen  - 40 foto’s - die vervolgens naar Kiev is gegaan. Ik ben daar ook geweest. In drie dagen hebben 5.000 mensen die expositie in Kiev bezocht. Ik heb er een ‘artist talk’ gehouden. De mensen zijn daar veel minder met de toenmalige popmusici in aanraking gekomen, maar kennen de muziek wel. Ze hebben een grote nieuwsgierigheid ernaar.”

Sovjet-Unie bestaat niet meer

Aloys: “En je maakte nog een boek ‘De Sovjet-Unie bestaat niet meer’. “Dat heb ik samen met Theo Bakker gemaakt naar aanleiding van een reis van ons beiden naar Brest – Minsk – St. Petersburg en Moskou en terug langs Kiev.”  We zien een foto van militairen in lange groene legerjassen, gemaakt in Brest. Recent is Hanekroot nog in Aleppo, Syrië, geweest, we zien een foto van een hoge voormalige winkelgalerij met pilaren die grotendeels verwoest is. Op dit moment heeft hij twee projecten onderhanden: ‘Moeders met volwassen dochters’ en ‘A Wedding Day’.

Aloys: Ik zie op internet dat jouw foto’s commercieel gebruikt worden. “Ik zit bij Getty Images, photo agency. Zij leveren foto’s aan grote afnemers als Hearst en ander grote uitgevers. Ze behartigen ook mijn belangen als bijvoorbeeld een modehuis een t-shirt wil printen met een foto van mij. Er moet dan twee maal worden betaald: aan de artiest van wie de foto is genomen en aan de fotograaf.”

Wat vind je van de hedendaagse manier van fotograferen? “Nog steeds worden beroemdheden vastgelegd, maar het vastleggen alleen is niet voldoende. Je moet iets extra’s brengen. Een fotograaf die dit goed doet is bijvoorbeeld Andreas Terlaak."

En Anton Corbijn, jouw voormalige leerling, heeft hij veel van je geleerd? “Vooral hoe het leven van een fotograaf eruit ziet.   Hij heeft het ook helemaal waargemaakt.”

Patti Smith

Hanekroot vouwt een groot fotoboek open met foto’s van Patti Smith. “Ik werd eens in 1976 gebeld. Patti Smith is in Amsterdam en vindt het leuk als er enige foto’s van haar gemaakt worden. Kan ze langskomen? Ik heb toen in een uur een serie gemaakt.” En, heb je nog wat van haar gehoord? “Nee, maar dat gebeurt vaker. Van het boek ‘ABBA … ZAPPA heb ik een present-exemplaar naar Neil Young gestuurd. Hij staat op de omslag van het boek. Ook geen reactie. Ik begrijp het wel, zij moeten zich concentreren op hun ding, en alles wat er buiten valt is afleiding daarvan.” Overigens de omslag van de LP van Neil Young ‘Tonight’s the night’ is van Hanekroot.

De band van de fotograaf en de gefotografeerde komt ter sprake. Aloys: Ed van der Elsken maakte heel uitdrukkelijk contact.   “Ik wil juist geen contact maken. Dan is het effect weg.” “Ik voel of muzikanten echt met inzet staan te spelen of dat ze alleen geld staan te verdienen. Overigens vind ik de foto’s van Van der Elsken ook fantastisch, vooral zijn reportage foto’s, niet zo zeer datgene wat er op de laatste Van der Elsken-tentoonstellingin het Stedelijk getoond werd.”  

Ten slotte, het fotoblad SHUTR publiceerde dit jaar een artikel over het werk van Gijsbert Hanekroot. Het blad ligt op tafel. Hanekroot: “Met tien foto’s, waarvan slechts drie popfoto’s.”

Aloys: Een applaus voor Gijsbert Hanekroot.

Foto’s: 1) Kees Boelhouwer, 2 - 4) Kees Funke Küpper  

http://gijsberthanekroot.com/

 

 

 

Reageren