Van onttrokken consument naar betrokken burger

Ruben van Zwieten is predikant en ondernemer. Hij pleit voor de concrete ontmoeting tussen de maatschappelijke sterken en de kwetsbaren. Hierin ligt de basis voor ontferming en bevlogenheid, voor de betrokken burger en daarmee de echte mens.

"Er zijn vele eendere mensen voor wie hun kinderen en hun vrienden het hele mensdom vormen dat ze op hun weg tegenkomen. Ze bespreken de bestemmingen van hun ski- en zomervakanties met hun vrienden. Alles wat hoort bij het leven van het kind moet gegeven worden. Daarvoor leef je toch? Wat anders? Wat de rest van hun medeburgers betreft: ze staan wel naast hen, maar zien hen niet.

Misschien is de uitweg uit dit vastgelopen maatschappelijk systeem dat ogenschijnlijk succesvolle mensen in Nederland werkelijk met ontferming over de  kwetsbaren van deze samenleving bewogen raken. Dat deze bovenlaag er op attent wordt gemaakt dat de armoede en ellende in Nederland en buiten de grenzen ons doet herinneren aan ons aller armoede en ellende.  Als je je naar je medeburger nu eens niet als onttrokken consument zou opstellen; medeburgers die geen uitweg  zien en zeker niet een eigen weg voor ogen hebben. Alleen als je hen ontmoet, raak je bij hen betrokken. En dat betekent niet met weer dezelfde vrienden de Alpes d’Huez opfietsen of aan te schuiven aan een benefietdiner met BN'ers zonder dat wederom de kwetsbare groep zelf present is.

In de concrete ontmoeting groeit er misschien wel een gevoel van ontferming. Een gevoel waar je onbewust behoefte aan had Je wordt van  onttrokken consument een betrokken burger. Je hebt namelijk niet met je tweeënvijftig procent belastingtarief je betrokkenheid geoutsourced aan de overheid.

De brede bovenlaag in Nederland moet worden aangespoord –  door middel van geld, kennis, invloed, netwerk of gewoon aandacht in de ontmoeting – aan de kant van de  gebukten en gebeukten van deze samenleving te gaan staan. Als we tenminste willen onderkennen dat er toch op zijn zachtst gezegd zichtbare en veel onzichtbare armoede en ellende is (en dat geldt zelfs voor de sterken, waarbij de armoede meer geestelijk is).

Het is hard knokken maar je begint ermee door te verkondigen dat wij allen in beginsel bevrijd, geholpen en gerechtvaardigd zijn en daarmee zelf niet anders kunnen dan te bevrijden, te helpen en recht te verschaffen. Dat zou de onttrokken consumenten tot betrokken burgers en eveneens tot échte, en daarmee ook, gelukkigere mensen maken.

De zogeheten groep ‘elite’ is anno 2012 in Nederland nog altijd talrijk. Een meritocratie noemen we dat. Geen exclusieve bovenlaag, iedereen moet de top kunnen halen. De babyboomers hebben het geweten. Ze zijn vervolgens met bijna niets anders bezig geweest, om vervolgens pas toen ze met pensioen gingen ‘iets terug te willen geven aan de samenleving.’

Je moet het daarom niet doen – om het in Zuidas jargon te zeggen – voor ‘een stukje’ maatschappelijke betrokkenheid, ‘een stukje’ imago en ‘een stukje’ cv-oppoetserij, ‘een stukje’ zingeving, ‘een stukje’ MVO, voor ‘een stukje’ paragraaf in je jaarverslag. Die ontferming moet intrinsiek zijn. Dat lukt niet door tegen jezelf te zeggen: word nu van binnenuit door ontferming bewogen. Om die ontferming daadwerkelijk van binnenuit te laten ontstaan moet je oog in oog staan met kinderen, mensen, die geheel en al zijn aangewezen op de hulp van een ander. Direct of indirect daartoe  gedwongen.

Maar wat is er een gigantische drempelvrees om oog in oog te staan met deze groep mensen. “Geen tijd, geen tijd”, ondanks talloze initiatieven als Nederland Cares om flexibel te vrijwilligen. Maar de lifestyle mens wil niet geconfronteerd worden met de gebrekkigheid van deze wereld. “Nee sorry, dat is niet echt iets voor mij.” “Pardon, niet iets voor jou? Ook jij leeft precies in deze wereld.”

Je moet ze spreken, je moet ze zien, je moet ze misschien wel aanraken: dak- en thuislozen, gehandicapten, sociaal geïsoleerden, eenzamen, vluchtelingen, mensen met psychosociale problemen, kansarme probleemjongeren. En natuurlijk moet je die mensen stimuleren niet automatisch hun handje op te houden, maar dat pleit jou niet vrij van contact. Live contact, want pas in het daadwerkelijke contact met deze mensen worden direct of in latere instantie zaadjes geplant die kunnen  ontkiemen tot ontferming. Dan pas word je als mens geraakt, in beweging gezet, geïnspireerd. Je wordt een aangeraakt, bewogen en bevlogen mens.

Je volgt de actuele berichtgeving in achterstandswijken in eigen land en over de grenzen in oorlogsgebieden en de gebrekkigheid komt je tegemoet. Het verhaal gaat dat de verbondsgod aan de kant van de gebukten en gebeukten staat, aan de kant  van hen die monddood zijn gemaakt. Ze zijn onmondig om nog te kunnen schreeuwen om hulp. Hun gebrekkigheid is de gebrekkigheid van de samenleving  zelf. Hun gebrekkigheid is ons aller gebrekkigheid – onze eigen gebrekkigheden als zogenaamd maatschappelijk sterken nog daargelaten.

Als de maatschappelijk sterken aan de kant van hun anonieme medeburgers gaan staan, dan worden zij niet alleen van onttrokken consumenten, betrokken burgers, maar evenzo van zwervende zielen, hoopvol gerichte ménsen."

Tags

Reageren