Anton Cotteleer - Een Surrogaat dame zonder lach

Bij de begrippen muf, oude dekens en billen denkt wellicht niemand aan beeldhouwkunst. Think again, want Anton Cotteleer brouwt er sculpturen van die overtuigend goed én fout zijn.

Aan de oorsprong van dit beeldhouwwerk ligt een pornomeisje. Op een of andere website kroop ze op handen en knieën over het strand et voilà, een paar maanden later staat ze op een tafel in een Antwerpse galerie. Lang uitwijden over het pornomeisje doet Anton Cotteleer (39) trouwens niet. Ze was per toeval model, al is iets van haar werk ontegensprekelijk aan het beeld blijven kleven. Haar hoofd werd vervangen door een gescalpeerde, krullerige bol en van haar handen en voeten hield ze ook nauwelijks iets over. Maar weelderige, curvende lijnen heeft ze wel, zoals meestal wanneer Cotteleer meisjes beeldhouwt. Op haar rug staat een kat die als een soort echo van lenigheid fungeert. De tafel en de deken zijn objecten die steeds terugkomen in het oeuvre van de Antwerpenaar. Wat vrouwen en katten betreft is Cotteleer evenmin aan zijn proefstuk toe. Hij levert ze wel meer in curieuze, weinig voor de hand liggende versies. Zo produceerde hij een vrouwensculptuur waaraan een been vervangen werd door een windhond en een kat die staat te blazen op een afdakje. Dit beige exemplaar - het grootste beeld uit de reeks - werd gemaakt van acrylhars en kreeg een zachte, viltachtige bekleding. De saaie kleur en de rafelige naden zijn bewust zo gekozen: glad en elegant is een beeld van Cotteleer namelijk zelden.

Anton Cotteleer is een kunstenaar die helemaal opleeft zodra je het begrip slechte smaak laat vallen. Alles wat naar oude dekens en beschimmelde blootblaadjes ruikt is voer voor zijn geest. Artistieke fouten - schreeuwerige kleuren, sculpturale stijfheid, ruitmotiefjes, haar - zijn koren op zijn beeldhouwersmolen. De wereld van Cotteleer is stoffig en muf. Stoelen en tafels die hun beste tijd hebben gehad worden gemixt met een seksueel beeldenarsenaal. Benen, achterwerken en fallussen vinden hun weg naar rusthuismeubilair en vieze harige substanties. Output is een licht obscene, ietwat huiveringwekkende vormentaal die we erg kunnen smaken om de haast onbegrensde verbeelding.

Alles is mogelijk in het Kalmthoutse atelier van Cotteleer, behalve voorspelbaarheid en humorloze kunst. Op de expo bij galerie Marion de Cannière zijn een handvol beeldhouwwerken in de vreemdste hoedanigheden te zien. Een paar ziekenhuisgroene benen die eindigen in een rond achterwerk klimmen er op een tafeltje uit de jaren zestig, een kanariegele romp hangt ondersteboven aan de muur. Op het beige meisje na kregen alle sculpturen in het zaaltje opvallende kleuren mee: oranje, grasgroen, geel en een kille munttint die doet denken aan operatiekamers en schorten van de kuisploeg. Kleur blijft nog altijd een tikkeltje problematisch op de hedendaagse scene. Kleur is frivool, en dat wordt niet als vanzelf geaccepteerd. Maar artistieke vrijheid is een deugdelijk goed en daar kan een slechte of dwarse smaak best wel een handje bij helpen. En een mooi rond achterwerk ook natuurlijk, zolang het maar stoffig, behaard of in een passende kotskleur geschilderd is.

Tags

Reageren

Reacties

Tijdens Vormidable 20 mei t/m 30 augustus 2015 stelt Cotteleer 3 werken tentoon in A Gallery Named Sue (satellietlocatie Vormidable, Museum Beelden aan Zee). Proberen de goede ganzenhouder te zijn (2012), Heads (2011) en Heritage (2005) zullen met werken van Ruben Bellinkx, Jonas Vansteenkiste en Ignace Cami te zien zijn. http://agns.nl/exhibitions.html