Na 500 jaar heeft Luther antwoord van de kunsten!

Op 22 juni jl spijkerde beeldend kunstenaar Joseph Semah onder grote belangstelling zijn antwoord aan Luther op de deur van De Nieuwe Kerk (start van On Friendship / (Collateral Damage) II - The Guardians of the Door) gevolgd door een rondetafelgesprek over Luthers invloed op de kunsten

Het antwoord is dit

Zo lang het westerse paradigma volhardt in het tentoonstellen van een kunstwerk als iets dat gelezen moet worden, dienen we ons bewust te zijn van, en bekend te zijn met de geschiedenis van het christendom.  In dit geval - of we het nu wel of niet van belang vinden dat westerse paradigma te typeren als eindeloze poging de oorspronkelijke beweging van het christendom te transformeren in een hedendaagse filosofie - blijft het lezen van kunstwerken in de publieke ruimte een schimmige maskerade uit een ver cultureel verleden.

Het is hoe dan ook evident dat van de kunstenaars die deel uitmaken van het westerse paradigma er niet zoiets bestaat als een profaan werk. Dat wil zeggen dat alle kunstwerken die getoond worden in de publieke ruimte, altijd zijn geritualiseerd en verbonden met een bepaalde ‘heilige’ tekst die ergens werd gevonden; een willekeurige en daarom vervangbare gevonden tekst.

In dit verband zij opgemerkt dat welk kunstwerk dan ook dat getoond wordt in de publieke ruimte, zowel     een noodzakelijkheid als een onmogelijkheid is, een gelijktijdige aanwezigheid van iets leesbaars en iets schimmigs. 

Ongetwijfeld is het dat schimmige wat die fascinerende werking doet uitgaan als van een verte en waardoor het westerse paradigma afhankelijk wordt van de voortdurende productie van kunstwerken. Maar vooral verklaart het de aangeboren obsessie van kunstenaars met politieke kwesties.

Voor de kunstenaar wordt het daardoor vanzelfsprekend om nog eens te versluieren wat al schimmig was. Dit moeten we in het achterhoofd houden omdat dit het morele dilemma blijkt te zijn geworden als we het gaan hebben over lezen in de publieke ruimte. Lezen maakt immers deel uit van onze fascinatie voor de belofte van de kunstenaar om de verbindingslijnen tussen hedendaagse filosofie en christelijke theologie onzichtbaar te maken. Hoewel deze belofte van de kunstenaar, te weten rug aan rug, ons nader brengt bij de ontchristelijking van het westerse paradigma, is het resultaat een eindeloze onduidelijkheid over hoe we moeten beginnen bij christelijke theologie dan wel hedendaagse filosofie.

En op de achtergrond zien we nog steeds het onoplosbare dilemma van de gast. Enerzijds wordt hij gedwongen om te zwijgen over zijn hoogstpersoonlijke wijze van lezen, terwijl hij aan de andere kant gebruik maakt van christelijke tactiek om opgemerkt te worden zonder te worden ontdekt.

Het antwoord is dit

De gast in onszelf is vóór alles een kunstenaar met woorden, omdat woorden het medium vormen waarmee hij zijn naam heeft leren verheimelijken, zijn twijfel te verbergen en zijn angst te onderdrukken door publiekelijk zijn eigen wens om mee te mogen doen binnen het westerse paradigma te bekritiseren. Om te beginnen, de Nostalgie naar een verloren paradijs, vervolgt de gast van meet af aan en gedurende zijn hele actieve leven in ballingschap.

Was getekend

JOSEPH SEMAH

 

Reageren

  • 1
  • 2
  • 3
  • 4
  • 5
Aantal stemmen: 1