Charles-François Lebrun

Charles-François Lebrun werd in 1810 door Napoleon Bonaparte aangesteld als gouverneur-generaal van de Nederlanden. Charles-François had toen al een hele politieke carriere achter de rug. De Fransman ontpopte zich tot een gouverneur-generaal met veel sympathie voor zijn Nederlandse onderdanen. Keizer Napoleon was er niet altijd even blij mee.

Charles-François werd geboren als de zoon van een kleine landeigenaar in La Bouchelière (Poitou-Charentes). Hij volgde lessen aan de universiteit in Parijs, waar hij een ware talenknobbel bleek te hebben. Op twintigjarige leeftijd beheerste hij vloeiend Latijn, Grieks, Engels, Spaans en Italiaans. Hij rondde zijn studie af door zich te verdiepen in de filosofie.

Charles-François begon in 1762 als advocaat in Parijs. Zijn carrière nam enkele jaren later pas echt een grote vlucht, toen hij in 1766 benoemd werd tot censeur du Roi, en twee jaar later tot inspecteur-generaal van de Franse kroondomeinen. Charles-François groeide uit tot één van de belangrijkste adviseurs van het kabinet van René de Maupeou.

Dat kabinet probeerde de macht van de Franse regionale parlements te beperken en zo de centrale macht van de koning en de Franse overheid te vergroten. Het plan liep uit op een faliekante mislukking. Samen met De Maupeou viel ook Charles uit de gratie. Charles trok zich lange tijd terug op zijn landgoed in Grillon, waar hij zich wijdde aan de literatuur, geïnspireerd door Jean-Jacques Rousseau.

In de cel

Met uitbreken van de Franse Revolutie in 1789 keerde Charles-François terug in de politiek. Hij nam deel aan de vergaderingen van de Franse Staten-Generaal en deed voorstellen voor financiële hervormingen. Hij voelde er weinig voor om zich bij een van de aanwezige facties aan te sluiten en volgde liever zijn eigen weg. Dat zorgde voor het nodige wantrouwen onder de fel antimonarchistische Jacobijnen. Toen die de macht grepen en één voor één hun vijanden opsloten of executeerden, belandde ook Charles-François in de cel. Hij dreigde zelfs onthoofd te worden door de guillotine.

Gelukkig voor hem kwam er in 1794 een einde aan de terreur van de Jacobijnen. Een jaar later nam Charles-François plaats in het nieuw gevormde parlement: de Raad van Vijfhonderd. In 1799 koos Napoleon hem persoonlijk uit tot medeconsul, de hoogste positie binnen het Franse politieke bestel. Onder Napoleon bleef hij enkele belangrijke posities bezetten, onder andere als thesaurier-generaal, de belangrijkste functie binnen het Franse Ministerie van Financiën.

Op naar Nederland

Op 9 juli 1810 maakte Napoleon per decreet een einde aan de Nederlandse onafhankelijkheid, voor zover daar onder Napoleons broer Lodewijk nog sprake van was geweest. Nederland moest worden ingelijfd bij het Franse keizerrijk. Lebrun werd gekozen als de man om dit klusje te klaren. Napoleon benoemde hem tot gouverneur-generaal van de Nederlanden en al snel was Charles-François op weg naar Amsterdam.

Charles-François was een tactvol man en hij wilde de overgang zo soepel mogelijk laten verlopen. Hij probeerde de in Nederlandse ogen vaak radicale decreten van Napoleon enigszins te verzachten. De gouverneur-generaal kwam soms dan ook in aanvaring met de keizer over het te voeren beleid in Nederland. Bijvoorbeeld toen hij weigerde om relschoppers die stenen naar Franse douaniers hadden gegooid te vervolgen. In november 1813 moest Lebrun zijn woning ontvluchten door de golf van rellen en opstanden die door Nederland trok: het einde van de Franse overheersing.

Oude dag

Terug in Frankrijk werd hij na de val van Napoleon door de nieuwe koning Lodewijk XVIII tot Pair de France benoemd, één van de hoogste adellijke titels. Maar Charles-François liet zijn oude vriend en collega niet zomaar in de steek. Toen Napoleon in 1815 een comeback maakte, kon hij rekenen op de steun van Charles-François. Korte tijd later werd Napoleon bij Waterloo definitief verslagen. Als straf moest Charles-François van de nieuwe Franse regering zijn adelijke titel weer inleveren.

Charles-François trok zich terug op zijn landgoed in Saint-Mesme. Daar kreeg hij na jaren wachten en smeken uiteindelijk zijn hoge titel weer terug. Hij stierf op 85-jarige leeftijd in Saint-Mesme en is begraven op de beroemde Père-Lachaise begraafplaats te Parijs.

Functie / titel:
staatsman, financieel deskundige, gouverneur-generaal, vertaler
Geboorte- en sterfdatum:
19 maart 1739 / 14 juni 1824
Plaats geboorte:
Saint-Saveur-Lendelin
Plaats sterven:
Saint-Mesme
Sekse:
Man
Woonplaatsen:
Amsterdam

Tags

Reageren

  • 1
  • 2
  • 3
  • 4
  • 5
Aantal stemmen: 0