Oosterlingenhuis (Brugge)

Horizontal tabs

Beschrijving

Het Oosterlingenhuis, Huis der Oosterlingen of Domus Osterlingorum Brugæ was het gebouw waar het handelskantoor van het Noord-Duitse Hanzeverbond in Brugge gevestigd was. In 1515 werd besloten het handelskantoor naar Antwerpen te verplaatsen, waar het dezelfde naam kreeg.

De naam slaat op de Hanzekooplieden die veelal uit Duitsland (met name Keulen) en dus, vanuit Brugge en Antwerpen gezien, uit het oosten afkomstig waren. Het kantoor voerde een zegel met een tweekoppige adelaar, dat in 1486 door keizer Frederik III van het Heilige Roomse Rijk verleend werd.

Handelskantoren

De Hanze had vier handelskantoren (Brugge, Bergen, Londen en Novgorod), waarvan Brugge economisch het belangrijkste was. In tegenstelling tot de andere Hanzekantoren leefden de handelaren hier niet gescheiden van de vaste bewoners van de stad. Men had wel geprobeerd een eigen stad te bouwen (Neudamme, bij Damme), maar Margaretha II van Vlaanderen stond dit niet toe. Brugge (en later Antwerpen) waren de enige steden waar buitenlandse handelaren individueel eigen bezit mochten hebben.

Een strakke richtlijn voor de kooplieden, zoals bij de Novgoroder Schra (in Rusland) bestond, was er dan ook niet. Er was wel een reglement, waar onder andere in stond dat de dagelijkse leiding in handen was van drie zogeheten ältermänner. Eén was het hoofd, de anderen zijn assistenten. Zij werden jaarlijks gekozen onder de aanwezige kooplieden. Ieder van hen moest afkomstig zijn uit één van de drie Drittels (de regio’s van de Hanze), die onder leiding stonden van Lübeck (Wendische steden), Danzig (Zweeds, Gotlandse en Lijflandse steden) en Keulen (Pruisische en Westfaalse steden). Aangezien over het algemeen de meeste aanwezige kooplieden uit het Keulse Drittel afkomstig waren, had hun ältermann de leiding.

Elke groep kooplieden handelde in zijn eigen producten: uit Keulen kocht men laken in, uit Lübeck en Hamburg  handelde men voornamelijk in zout en wijn, en de handelaren uit Pruisen kochten voornamelijk een mindere kwaliteit laken. Alle groepen kochten er koperen artikelen uit Dinant (dat zelf een Hanzestad was).

Boycots

Het kantoor werd tussen 1280 en 1457 vier maal geboycot door een Hanzedag in verband met de twisten en besluiten van de Bourgondische heersers in Vlaanderen. Telkens werd het Hanzekantoor dan tijdelijk verplaatst. De eerste maal naar Aardenburg, de tweede en derde maal naar Dordrecht en de vierde maal naar Utrecht; het kantoor moest bij elke boycot steeds verder uitwijken aangezien het grondgebied van de Bourgondiërs zich steeds verder uitbreidde.

Eigen gebouw

Omdat buitenlandse kooplieden eigen bezit mochten opbouwen duurde het lang voordat de Hanze eigen gebouwen kreeg, aparte gebouwen waren namelijk niet nodig. Pas in 1442 verwierf het Hanzekantoor met het Oosterlingenhuis verwierf een eigen gebouw in Brugge. Voor die tijd vergaderde men in het Karmelietenklooster. In de kloosterkerk daar gingen de Hanzekooplui in Brugge ter kerke.

Het eerste eigen pand werd al in 1478 door grotere nieuwbouw aan het Oosterlingenplein en het Krom Genthof vervangen. Het nieuwe gebouw kreeg een toren. Het werd vermoedelijk voltooid in 1481. In dat jaar werd in elk geval het beeld van Keizer Frederik III aangebracht op de torenspits.

Ook al hadden ze nu een eigen gebouw, bleef de Hanze gebruik maken van het Karmelietenklooster, o.a. voor vergaderingen en kerkdiensten. Ook de uitwisseling van de oorkonden van de Vrede van Utrecht van de Hanze met Engeland in 1474 door de Ältermann Johann Durkop vond plaats in het Karmelietenklooster in Brugge.

Verhuizing

Vanaf begin van de zestiende eeuw begon het Zwin, en daarmee de toegang tot de Brugse haven, zodanig te verzanden dat de handel in Brugge sterk terugliep. Om die reden werd in 1545 besloten het kantoor te verplaatsen naar Antwerpen, waar toen al een bijkantoor gevestigd was. Voordat de verhuizing kon plaatsvinden, moest er in Antwerpen eerst een nieuw gebouwencomplex verrijzen. Dat duurde vervolgens nog enkele decennia, zodat de definitieve verhuizing pas in 1569 kon plaatsvinden.

In 1582 werd het oude Oosterlingenhuis in Brugge getroffen door een brand, waarbij de toren haar spits verloor. In de daarop volgende eeuwen werd er regelmatig ingrijpend gerestaureerd en verbouwd aan het pand, met name in de twintigste eeuw. Zo werd het opgesplitst in Krom Genthof 1 en Oosterlingenplein 4. Van het oorspronkelijke aangezicht is weinig meer overgebleven. Sinds 1920 is er een hotel gevestigd: het Bryghia Hotel.
De archieven van het handelskantoor zijn na de sluiting in Antwerpen naar het archief van de dichtstbijzijnde Hanzestad Keulen overgebracht.

Adres

Oosterlingenplein 4
8000 Brugge, België

Openingstijden

In het Oosterlingenhuis is nu een hotel gevestigd: het Bryggia Hotel.

Facilities

  •  
  •  

Tags

Reageren

  • 1
  • 2
  • 3
  • 4
  • 5
Aantal stemmen: 0