Sint-Jacobuskerk

Horizontal tabs

Beschrijving

Inleiding

In 1931 kregen de architecten H.W. Valk en J.M. Sluymer de opdracht een R.K. KERK (St. Jacobus de Meerdere) te ontwerpen. Op de locatie aan de zuidkant van de Grote Markt stond eerder de gelijknamige kerk uit 1841/2 naar ontwerp van Kram. Deze kerk brandde af in de stadsbrand van 1862. In 1863 werd naar ontwerp van Van de(n) Brink een neo-gotische driebeukige basiliek gebouwd. Deze St. Jacobuskerk was in de jaren '20 aan vervanging toe. De opdracht schreef een centraalbouw met koepels voor met het altaar onder de achterste twee koepels, zodat de gemeente van drie kanten zicht zou hebben op het altaar. De keuze voor de gebruikte kerktypologie en bouwstijl kan gezien worden in het licht van de ontevredenheid over het niveau van de kerkenbouw in de jaren twintig en de te sterke stijlinvloed van de gotiek. Dat gekozen werd voor een centraliserende plattegrond was het gevolg van de liturgische vernieuwingsbeweging die streefde naar actievere deelname van de kerkgangers aan de mis waartoe een overzichtelijker ruimtetype nodig was.

Architectonisch is de kerk in neo-romaanse stijl uitgevoerd, zij het met gebruik van spitsbogen, de ruimtewerking doet byzantijns aan.

Aannemer was G. Ribberink uit Hengelo. De eerste steen is gelegd door pastoor W.A. Rademaker op het feest van St. Jacobus, 25-7-1932. De consecratie geschiedde op 29-6-1933 door de aartsbisschop van Utrecht, mgr. J.H.G. Jansen. De torenklokken dateren van 1958.

Omschrijving

Centraalbouw kerk met dubbele koepel op T-vormige plattegrond opgetrokken in handgevormde kloostermoppen. De koepels zijn met koper bekleed. Constructief extra belaste onderdelen zijn in tufsteen uitgevoerd. De entree met narthex staat als een vlak en gesloten bouwlichaam voor de eigenlijke kerk. Aan het bouwvolume achter de entree met narthex is duidelijk de opbouw van de kerk af te lezen. Deze bestaat uit twee hoofdkoepels, de transeptarmen en de halve koepels. Het aanzicht vanaf de Walstraat geeft dan ook een heel ander beeld dan vanaf de Markt.

De geometrisch gelede voorgevel (O) is horizontaal in drieën gedeeld. De entree gaat schuil achter een galerij van zeven rondbogen. Daarboven drie roosvensters met geometrische roedenverdeling en glas-in-lood. Boven het middelste venster een topgeveltje met natuurstenen deklijst, bekroond met een kruis, boven het rechter een attiek met drie ronde gaten, bekroond door een koepeldak met kruis.

Links boven het roosvenster, de klokketoren met een rond galmgat en eenzelfde beëindiging als rechts.

De koepeltrommels hebben eveneens een attiekzone met ronde vensters. De geveltoppen van de transepten hebben natuurstenen deklijsten bekroond met een kruis.

Het interieur is uitgevoerd in schoon metselwerk. De grote koepel boven het schip heeft een meloengewelf met graten die via een dubbel trompenstelsel op zes kolommen rust. Deze zijn om en om gemetseld in bak- en tufsteen en met elkaar verbonden door spitsbogen met kralen. In de koepel ronde vensters met glas-in-lood.

De zeshoek van de grote koepel is ingeschreven in een rechthoek. De vier restruimten zijn overwelfd door 3/6de gesloten meloengewelven met dubbele graten. De kleinere koepel boven het koor is hetzelfde uitgevoerd als de grote koepel maar rust op vier kolommen.

De transeptarmen aan weerszijden van het koor tellen drie traveeën onder kruisgewelven. In de kopgevels rozetramen met glas-in-lood.

Langs schip en transeptarmen lopen zijbeuken. Trompen en graten hebben tufstenen aanzetstenen.

Het originele bankenplan met banken is bewaard. Het altaar is in 1963 vervangen. Links achter in het schip een piéta (1933) van Mari Andriessen, de kruiswegstaties van gebakken klei zijn van Charles Eijck. De calvariegroep van Leo Brom is een restant van het oorspronkelijke altaar. Het H. Hart altaar uit 1934 van Joep Nicolas van opaline-glas is Sacramentsaltaar geworden. De zilveren adviseursketen van mgr. dr. A. Ariëns wordt in een reliekhouder van W. Fitzthum bewaard.

Waardering

St. Jacobuskerk van cultuur-, architectuurhistorisch en stedebouwkundig belang vanwege:

- de bouwgeschiedenis van de locatie

- de kwaliteit van het ontwerp en de bouwstijl waarin het is uitgevoerd

- de exemplarische kwaliteit van de kerk, zowel in het oeuvre van Valk en Sluymer, als voor de omwenteling in de katholieke liturgie in de jaren '20

- de sterk beeldbepalende ligging zowel aan de Grote Markt als aan de Walstraat

- de gaafheid van het ex- en interieur

De R.K. kerk St.-Jacobus de Meerdere (Oude Markt 1) is een robuuste kerk. Haar opzet is een combinatie van een kruiskerk en een centraalbouw, met daarvoor een asymmetrische façade. De kerk werd in 1932-'33 gebouwd in neo-Byzantijnse vormen naar plannen van H.W. Valk en Joh.H. Sluijmer op de plaats van voorganger uit 1862. Inwendig heeft de kerk een bakstenen koepelgewelf ondersteund door pijlers, met daartussen spitsbogen en een laaggewelfde bovengang met neoromaanse rondbogen. Het nog oorspronkelijke interieur doet neo-Byzantijns aan. Het Heilig-Hart-altaar, evenals het erbij behorende drieluik, heeft voorstellingen met opaline (circa 1935) door J. Nicolas. Interessante kunstvoorwerpen zijn verder het terracotta Mariabeeld (1933) door A. Winter, de calvariegroep van gedreven koper door L. Brom, het opalinepaneel (1936) door C. Eijck, de Piëta (1933) van de hand van M. Andriessen en de neogotische doopvont. De veertien kruiswegstaties zijn mogelijk ontworpen door C. Eijck, aan wie tevens de gebrandschilderde ramen in het noordtransept (1933) worden toegeschreven. Die in het zuidtransept (1933) zijn vervaardigd door J. ten Horn.

Adres

Oude Markt 1
7511 GA Enschede

Openingstijden

Facilities

Reageren

  • 1
  • 2
  • 3
  • 4
  • 5
Aantal stemmen: 0