Voormalig koloniehuis "St. Antonius"

Horizontal tabs

Beschrijving

Inleiding

Aan de westzijde van de Heereweg en in het duingebied gelegen voormalig KOLONIEHUIS gebouwd in 1934 naar ontwerp van de Haagse architect J.B. Fels in een door het werk van de Amerikaanse architect Frank Lloyd Wright beïnvloede bouwstijl. Opdrachtgever was de Christelijke Vereniging voor Kinderuitzending in Amsterdam, die echter tijdens de bouw failliet ging. Vervolgens werd het project overgenomen door de eveneens in de hoofdstad gevestigde Stichting Katholieke Kinderuitzending. Deze stichting exploiteerde meerdere koloniehuizen (o.a. in Boxtel en op de Veluwe) waaronder een oud pension aan het Pompplein in Egmond aan Zee. Hiervoor in de plaats kwam het nieuwe koloniehuis dat de naam "St. Antonius" kreeg. Tot ver na de oorlog bleef het gebouw in gebruik als vakantie- en rustoord voor jongens en meisjes ("bleekneusjes") van katholieke huize. Momenteel is in het pand een medisch kinderhuis gevestigd. Bij het ontwerpproces van het koloniehuis speelde de zonligging een belangrijke rol: de slaap-, speel- en eetzalen werden gesitueerd op het zuiden, de keukens, toiletten, garderbobe's en overige dienstruimten op het noorden. In de markante architectuur met zijn flauw hellende schilddaken met ruim overstek is duidelijk de invloed herkenbaar van de Amerikaanse architect Frank Lloyd Wright.

N.B. De uitbreidingen uit de jaren '70 vallen niet onder de bescherming.

Omschrijving

Op H-vormig grondplan gebouwd koloniehuis bestaande uit een vrijwel haaks op de Heereweg staand langwerpig hoofdgebouw dat door een corridor verbonden wordt met een noordelijker en evenwijdig gelegen nevengebouw van geringere afmetingen. Het oorspronkelijk symmetrische hoofdgebouw kent een driedelige opzet met een twee bouwlagen hoog middendeel tussen even lange zijvleugels van één bouwlaag, die onder een flauwe hoek met het middendeel in zuidelijke richting gedraaid zijn. Het nevengebouw en de corridor zijn beide één bouwlaag hoog. De laatste heeft een zadeldak met ruim overstek. De eerste verdieping op het middendeel van het hoofdgebouw is niet over de volle breedte aangebracht, maar ligt aan de noordzijde enkele meters terug. De overgang tussen parterre en verdieping wordt hier gevormd door een lessenaarsdak (met ruim overstek) boven de vensters van de begane grond en onder de verdiepingsvensters. Alle overige bouwvolumes zijn voorzien van flauw hellende schilddaken met ruim overstek. Op de daken liggen zwartgeglazuurde grote Romaanse pannen. Het buitenmuurwerk is opgetrokken in witgesausde machinale baksteen waalformaat in kettingverband met platvolle voeg. De plint is zwart geschilderd. De gevels zijn vermoedelijk vanaf het begin wit geweest, want uit oude foto's blijkt dat ze al in 1940 witgesaust waren. De doorgaande betonnen lekdorpels onder alle vensters en de, eveneens in beton uitgevoerde, uitkragende doorgaande lateien erboven versterken de overwegend horizontale lijnen van de gevels. Temidden hiervan vormt de uit blokvormige bouwmassa's opgebouwde ingangspartij in het midden van de voorgevel (N) van het hoofdgebouw een sterk vertikaal accent. De ingangspartij steekt uit boven het genoemde lessenaarsdak en betaat uit twee risalerende rechthoekige (in grondplan en aanzicht) bouwvolumes met een plat dak ter hoogte van de onderzijde van de verdiepingvensters, en daartussen een eveneens haaks op de gevel staand rechthoekig bouwvolume dat boven de eerste verdieping uitsteekt en voorzien is van een haaks op het hoofddak aansluitend schilddak met ruim overstek. Tussen de twee eerstgenoemde bouwvolumes - beide zijn in het midden voorzien van een vertikale gleuf met daarachter vensters - is een uitkragende betonnen luifel aangebracht waaronder de terugliggende voordeur, een dubbele deur met in elke deurvleugel een groot staand glaspaneel waarvoor siersmeedwerk. Het tussenliggende bouwvolume heeft boven de luifel en tot vlak onder het dakoverstek een smalle uitgebouwde vertikale vensterpartij (ter hoogte van het achterliggende trappenhuis) waarop een uitkragende betonnen plaat. Tegen de rechterzijgevel (W) van het middenste bouwvolume is rechts in de hoek een in doorsnede rechthoekige en bovenaan opengewerkte schoorsteen opgetrokken. De ingangspartij is overigens ten behoeve van de verwarmingsinstallatie onderkelderd. In het midden van de horizontale gevelvlakken links en rechts van de hoofdingang bevindt zich een paneeldeur met bovenin vier glaspanelen. Ter weerszijden van beide deuren zijn vijf kleine staande vensters aangebracht.

Ter hoogte van de aansluiting tussen het middendeel en de oostvleugel bevindt zich een rechthoekige uitbouw onder een schilddak (met ruim overstek) haaks op het hoofddak. De overgang tussen met middendeel en de westvleugel wordt gevormd door de haaks op het middendeel en het nevengebouw staande corridor. Langs de oostgevel hiervan is over de volle lengte een bloembak gemetseld. Boven de aansluiting van het zadeldak van de corridor tegen het dak van het middengebouw is, half verdiept in het laatstgenoemde dak, een vijfzijdig balkon aangebracht dat aan de buitenzijde bekleed is met gesmoorde daktegels. Beide zijvleugels (hierin waren de slaapzalen ondergebracht) hebben een verhoogde middenrisaliet (circa 1 meter hoger opgetrokken dan de parterre-gevels) waarvan het van een ruim overstek voorziene schilddak haaks aansluit op het dak van de zijvleugels. Waar de nokken van de zijvleugeldaken de zijschilden van het dak boven het verhoogde middendeel raken is een kubusvormig schoorsteen gemetseld. In de oorspronkelijk symmetrische zuidgevel van het hoofdgebouw wordt de overgang tussen het hoge middendeel en de naar voren komende zijgevels gevormd door een smal risalerend blokvormig bouwvolume (in aanzicht een staande rechthoek) waarvan het platte betonnen dak aansluit op de doorgaande betonnen lekdorpel onder de verdiepingsvensters van het middendeel. Beide zijvleugels hebben ook aan deze zijde een middenrisaliet. Deze komen echter minder sterk naar voren en blijven daardoor binnen het brede dakoverstek.

Het nevengebouw bestaat links en rechts van de corridor uit twee ongeveer even lange vleugels: een smalle oostvleugel en een brede en hogere westvleugel (in de laatste waren de eetzaal en de onderkelderde keuken ondergebracht). Tegen de zuidoosthoek van de oostvleugel is een vierkante sokkel gemetseld waarop een witgesaust terracotta beeld van St. Antonius. De noordgevel van het oostvleugel heeft in het midden een getrapte uitbouw onder een schilddak dat haaks aansluit op het schilddak van de oostvleugel. Het zuidelijke dakschild van het grote schilddak boven de westvleugel telt vijf inpandige balkons. Op het westelijke dakschild staat een gemetselde dakkapel uit de bouwtijd met een plat dak voorzien van een gering overstek.

INTERIEUR. De centrale gang in het middendeel van het hoofdgebouw heeft een lambrisering van geelgeglazuurde tegels met een boven- en onderrand van zwartgeglazuurde tegels. De gangvloer bestaat uit grijsgespikkelde tegels met langs de rand een dubbele bies van zwarte tegels en middenornamenten van zwarte en rode tegels. De gang op de eerste verdieping heeft eenzelfde vloer, maar in plaats van een tegellambrisering gepleisterde wanden. Hierin zijn nog de originele deuren aanwezig - vlakke deuren met bovenin een liggend raam - die toegang geven tot de voor het personeel bestemde vertrekken op de eerste verdieping.

Waardering

Het kinderhuis met bijbehorend interieur is van algemeen belang wegens cultuur- en architectuurhistorisch waarde als merendeels gaaf bewaard gebleven voorbeeld van een koloniehuis uit de jaren '30 van de twintigste eeuw opgetrokken in Wrightiaanse stijl.

Adres

Heereweg 114
1901 ME Bakkum-Noord

Openingstijden

Website

Facilities

Reageren

  • 1
  • 2
  • 3
  • 4
  • 5
Aantal stemmen: 0