Haagse Vrije Jongens – deel 2

Aan tafel: Marcello, Els, Robert-Jan Rueb, Frans de Leef, Walter van Teeffelen en Fred van der Gon Netscher. We praten verder, te beginnen met Robert-Jan Rueb over onder meer het Haags Songfestival.

Robert-Jan Rueb werkte voor het inmiddels ter ziele gegane tijdschrift ‘Doen’ over uitgaanscultuur in Den Haag en voor het Haagse Straatnieuws. Met zijn broer Marnix en met Sjaak Bral maakte hij ‘Ut Groen-Geile boekie’, inmiddels een klassieker.

Haags Songfestival

Dezelfde personen waren ook verantwoordelijk voor de CD met Haagse liedjes ‘Alle dertien Haags’, de ‘Groen-Geile Scheuâhlalendâh’ en ‘Haags, de kugsus’. Op dit moment zijn de voorbereidingen in volle gang voor het Haags Songfestival.

‘Op 28 november is de finale in het Congresgebouw’, zegt Robert-Jan. ‘Er zijn al vijftig inzendingen. Den Haag is verdeeld in acht stadsdelen en elk stadsdeel kan met een liedje komen. Criteria? Als de teksten van de liedjes maar over Den Haag gaan. Verder is alles goed.’

‘Het kunnen liefdesliedjes zijn en het kan in het Marokkaans, in het Turks, whatever. De inzendingen die tot nu toe binnen zijn, zien er veelbelovend uit. Ieder stadsdeel vaardigt twee juryleden uit, ’n coördinator en een bekende muzikant, bijvoorbeeld Winston Scholsberg, Caesar Zuiderwijk, Robert-Jan Stips en Lee Towers. Bij de finale zijn er deelnemers van het echte Songfestival aanwezig. TV-West zal het Songfestival uitzenden.’

Den Haag cultuurstad?

Prangende vraag: is Den Haag een cultuurstad? Els: ‘Er is enorm veel potentieel, maar er wordt te weinig gebruik van gemaakt. Frans de Leef: ‘Den Haag is een briljante stad. Alles wat goed is gaat op zeker ogenblik naar Amsterdam.’ Robert-Jan: ‘Het aanbod is heel goed.’

Marcello: ‘Wat wel jammer is: als er de keus is tussen een buitenlander van naam of iemand uit Den Haag of uit Nederland, neemt men de buitenlander (bijvoorbeeld de architect van het stadhuis Meier). Dat staat wat mondialer, deftiger.’

‘Er staat nu een beeld van de Amsterdammer Karel Appel bij het stadhuis, daar had ook een beeld van Auke de Vries kunnen staan. Wel was er laatst een tentoonstelling van bekende Haagse schilders uit de 20e eeuw in het Gemeentemuseum. Ik zou zeggen: eindelijk! Het houdt allemaal niet over.’

Prestigieuze cultuur

Frans de Leef: ‘Er is een laag van de bevolking die veel naar allerlei cultuurevenementen gaat. Dat is een bepaald slag mensen. Maar er zijn ook veel Haagse mensen die nergens heen gaan. Wat dat betreft is er een enorme verdeeldheid.’

‘Laatst was er op het Binnenhof een klein festival met een optreden van onder meer het Nederlands Dans Theater. Het zat vol met mensen uit het Benoordenhout die op het laatst ‘Bravo!, Bravo!’ riepen, met zo’n aardappel in de keel.’

‘Ander voorbeeld: Het Nationaal Toneel speelde twee jaar lang in De Regentes vanwege de verbouwing van de Koninklijke Schouwburg. De mensen uit het Benoordenhout kwamen met een busje dat vanaf de Koninklijke Schouwburg vertrok. Uit zichzelf waren ze nooit gekomen.’

Koorenhuis

‘Binnen een mum van tijd waren ook de bankjes, het plantsoen en de bestrating van het Regentesseplein opgeknapt. Daar was al twee jaar op gewacht. Hetzelfde zie je met Oud en Nieuw: in de nette buurten wordt het eerst opgeruimd.’

Robert-Jan: ‘Den Haag heeft gekozen voor prestigieuze en hoogdravende cultuur.’ Maar het Koorenhuis dan? Daar kan toch iedereen komen? Frans: ‘Ook in het Koorenhuis komen weinig mensen uit het ‘andere’ Den Haag. Je ziet weinig cursisten die richting Hoefkade lopen. Wij gingen vroeger met de klas ook naar het museum, net zoals we schoolmelk kregen.’

Robert-Jan: ‘Het potentiële publiek van de theaters bestaat uit mensen die voor 50% van allochtone afkomst zijn. Het is een traag proces om die binnen te krijgen. Zelfs in het Volksbuurtmuseum zie je veel autochtonen en minder allochtonen bij optredens. Het gaat heel mondjesmaat.’

Scheveningse Circustheater

Frans: “Ik ken een uitzondering waarbij ‘gewone’ Hagenaars naar het theater gingen. Dat was bij de opvoering van het stuk ‘Stank’ in de Regentes. Maar dat kwam omdat de mensen uit de wijk erbij werden betrokken.’ De gewone Hagenaar blijkt overigens wel graag naar de musicals van Van den Ende in het Scheveningse Circustheater te gaan. Frans : ‘Dat zit altijd vol. En dan moeten ze 100 euro betalen. Je moet Van den Ende nageven dat het hem wel lukt.’

Robert-Jan: ‘De jongerencultuur is in Den Haag echt het ondergeschoven kindje. Vooral in de periode dat het Paard dicht was wegens verbouwing had je helemaal niets. Er komen nu weer wat danceclubs. Maar een festival als ‘Sound Vision’ op het Malieveld kon dit jaar niet doorgaan. Vorig jaar wel, maar toen zat er beeldende kunst bij.’

‘De enige plek waar iets kan in Den Haag is bij het Noorderstrand. Er is nu het plan voor een ‘Cultuurnacht’ in Den Haag. De organisator is een goeie jongen. Ik verwacht er wel iets van.’

 

 

Circa:
Nee

Tags

Reageren

  • 1
  • 2
  • 3
  • 4
  • 5
Aantal stemmen: 0