Cultuur & Europa (6) – Rudi Wester

Een nieuwe Gouden Eeuw

‘Bestaat er dan Nederlandse literatuur?’ Dat was de verbaasde vraag van veel buitenlandse uitgevers toen ik in 1991, na de oprichting van het Nederlands Literair Productie- en Vertalingenfonds, de internationale markt betrad om de Nederlandstalige literatuur aan de man te brengen. Dat was even slikken.

Ik vond – en vind – Nederlandse auteurs romans, gedichten, non-fictie en kinderboeken schrijven die zich, literair gezien, kunnen meten met Duitse, Franse en Engelse literatuur. Ook ben ik trots op de Nederlandse taal, die zo wendbaar is en de prachtigste uitdrukkingen kent.

Van Duitsland tot Japan

Moeilijk? Het Hongaars is veel moeilijker. Minderheidstaal? Dan wijs ik de buitenlander er fijntjes op dat ruim 22 miljoen mensen spreken, lezen en dromen in het Nederlands.

Er moest duidelijk iets aan gebeuren. En kijk, dertien jaar later wordt de Nederlandse literatuur overal ter wereld vertaald en gelezen, van Duitsland tot Japan, van Frankrijk tot Amerika. Vooral binnen Europa heeft de Nederlandse literatuur zich een stevige plaats verworven. En laat het een land zien dat ruim baan geeft aan jonge talenten door een fijnmazig beurzen- en subsidiestelsel.

Met een ondernemende uitgeverswereld die verbazingwekkend hoge oplagen weet te behalen met grote literatuur. Ook daarin onderscheidt zich de Europese literatuur van – laten we de vergelijking maar weer eens maken – de Amerikaanse. Een groot auteur als Saul Bellow verkoopt minder dan een Harry Mulisch.

Tim Krabbé

Bovendien is de Europese literatuur diep geworteld in een traditie die weliswaar teruggaat op de Grieken en Romeinen, maar die zich ook steeds vernieuwt en waar de culturele diversiteit groot is. Europa is één grote culturele lappendeken. Het is ook één van de redenen waarom Amerikaanse uitgevers Europese literatuur vaak zo ‘moeilijk’ vinden, er komen hen zo onbekende begrippen in voor.

Een prangend voorbeeld daarvan is de grote Amerikaanse uitgeverij Random House die Het gouden ei van Tim Krabbé wilde uitgeven, een roman waarin de Route du Soleil een belangrijke rol speelt. Route du Soleil? Die kennen de Amerikanen niet, zo zei de uitgever, en zou de vertaler het alsjeblieft willen vertalen met Highway One en, als hij toch bezig was, de hele roman willen omzetten naar Amerika?

Creatief laboratorium

Nu, in mijn huidige functie als directeur van het Institut Néerlandais, het Nederlands cultureel centrum in Parijs, baad ik mij in de weelde van de Franse en Europese cultuur. Parijs is een mini-Europa met zijn 34 culturele instituten, van Hongaarse tot Zweedse tot Roemeense. En ook hier staat de Nederlandse cultuur er de laatste jaren goed op.

Ook hier wordt Nederland gezien als een creatief laboratorium waar talenten al heel jong tot wasdom kunnen komen. Ik noem maar een paar successen van afgelopen jaar: de overzichtstentoonstelling van de mode-ontwerpers Victor&Rolf in het Louvre, waar zich dagelijks grote rijen vormden; de ontwerpster Hella Jongerius die de (Franse)  prijs voor het beste design kreeg; de fotografe Rineke Dijkstra die door het Centre Pompidou is aangekocht; de Nederlandse componist Michel van der Aa die een volle zaal trok met zijn opera One; de theatergroep Hollandia die voor het eerst in de geschiedenis in het beroemde Festival d’Avignon is geprogrammeerd. En, last but not least, de talloze Nederlandse auteurs  die overal in de Parijse boekhandels te vinden zijn.

Opnieuw Gouden Eeuw

Nederland beleeft opnieuw een Gouden Eeuw, en daar kunnen we trots op zijn. Het is ook de essentie voor een goed Europees cultuurbeleid: een land moet trots zijn op wat het aan goede kunstenaars en prachtige kunst voortbrengt en openstaan voor andere culturen met hun eigen specifieke kunst.

Pas dan kan er van een evenwaardige culturele uitwisseling tussen de landen van de Europese Unie gesproken worden en kan er beleid gemaakt worden. Laten we de deuren wijd openzetten voor de tien nieuwe lidstaten, die staan te trappelen om hun grote culturele rijkdom aan ons te openbaren maar daar tot nu toe nauwelijks de financiële middelen toe hadden.

Een gezonde economische en politiek basis voor een Europa van 25 is belangrijk, maar een beter begrip van elkaars diversiteit door middel van cultuur is nóg belangrijker.

Rudi Wester, directeur van het Institut Néerlandais in Parijs

Tegenwoordig is Rudi Wester  artistiek directeur van Leeuwarden Culturele Hoofdstad 2018

 

 

Circa:
Nee

Tags

Reageren

  • 1
  • 2
  • 3
  • 4
  • 5
Aantal stemmen: 0